Hands-on: Assassin's Creed Odyssey
Assassin's Creed Odyssey
Een jaartje rust, dat had Assassin’s Creed volgens Ubisoft een tijdje geleden nodig. Dat jaartje rust deed de reeks ook goed, want met Assassin’s Creed Origins wist het opnieuw heel wat harten te veroveren. De tijd voor rust is echter voorbij, want een jaar na Origins is het tijd voor Assassin’s Creed Odyssey.
Met Odyssey gaan we nog steeds niet naar Azië (hoe lang gaat dat nog duren, Ubisoft?), maar trekken we naar Griekenland. Daar kruipen we in de huid van Alexios of Kassandra. Je leest het goed, voor het eerst in de reeks heb je de vrijheid om een personage te kiezen, een man of een vrouw. Het gaat vrijwel volledig over een cosmetische keuze, want het verhaal zal hetzelfde zijn, met hier en daar misschien iets andere dialogen. Toch denken we dat heel wat gamers blij zullen zijn om die keuze te krijgen, om welke reden dan ook.
De game speelt zich af ten tijde van de Peloponnesische Oorlog, tussen Athene en Sparta, de twee Griekse stadsstaten. Jij bent zelf een afstammeling van Leonidas van Sparta (die van ‘This is Sparta’ in 300) en al snel raak je betrokken in de oorlog tussen de twee steden. Veel meer zijn we nog niet te weten gekomen over het verhaal.
Op het eerste zicht werd Odyssey door heel wat mensen afgedaan als een ‘reskin’ van Origins en daar kunnen we ze niet helemaal ongelijk in geven. De game ziet er goed uit, maar heeft op het eerste zicht heel veel weg van Origins. Visueel moet je dus geen al te grote veranderingen verwachten, behalve dat we natuurlijk in een ander gebied zitten en de architectuur er anders uit ziet. Nu, we vinden dat ook geen extreem probleem. Dat dezelfde engine zou gebruikt worden, is geen verrassing en dus hadden we sowieso geen wonderen verwacht. We moeten wel zeggen dat alles net dat tikkeltje kleurrijker is, maar in Origins zaten we dan ook heel vaak in of rond een woestijn te spelen.
Ook op vlak van gameplay wordt de lijn van Origins doorgetrokken. Je hebt nog steeds een aantal verschillende wapens ter beschikking, waaronder twee meleewapens en twee verschillende soorten pijl en boog, die je naar hartenlust kan inwisselen. Tijdens de gevechten hadden we wel het gevoel dat alles een beetje pittiger was dan in Origins. Dat kan zijn omdat we de controls niet meer helemaal gewoon waren, maar het kan ook dat de vijanden gewoon beter zijn geworden. Daar kunnen we pas conclusies over trekken als we de game langer hebben gespeeld.
Voor de voortgang in de game haalt Ubisoft een oud trucje boven: het gaat leentjebuur spelen bij andere games van de uitgever. Net als in Far Cry 5 moet je in een bepaalde regio een aantal opdrachten uitvoeren, om zo het hoofddoel te verzwakken, waarna je de aanval op hem kan uitvoeren. Of dat niet wat repetitief zal worden, dat zullen we later wel ontdekken.
Ook nieuw in de game zijn de keuzemogelijkheden tijdens gesprekken. Voor het eerst is er een dialoogwiel aanwezig en af en toe hebben je keuzes effectief een effect op de voortgang van het verhaal. Assassin’s Creed zet zo nog een stap verder in de richting van een echte RPG, maar het doet dat wel met mondjesmaat. Verwacht geen grote keuzes zoals in games als The Witcher 3, maar eerder kleine zaken die bepalen hoe een bepaalde missie wordt aangepakt. Voortaan kan je ook aangeven of je klaar bent voor een bepaalde missie of nog even iets anders wil gaan doen. Zo hang je niet meteen vast aan een missie wanneer je iemand hebt aangesproken, wat toch ietsje meer vrijheid met zich meebrengt.
Op het einde van onze demo werden we ook nog even op een groot slagveld gedropt, waar soldaten van Athene en Sparta stevig op elkaar aan het inbeuken waren. Als speler moet jij daar de bepalende factor worden, door specifieke doelwitten aan te vallen en het tij in jouw voordeel te laten keren. Hoeveel van deze grote gevechten in de game zitten, is niet meteen duidelijk.