REVIEW | Dead Island 2 brengt heerlijke gore in Hell-A
Het is volkomen begrijpelijk om twijfels te hebben over Dead Island 2. De game zat niet voor niets jarenlang in development hell en in al die tijd hadden maar liefst drie verschillende ontwikkelingsteams de leiding over het project. Toch werd een deel van die argwaan weggenomen nadat we de uitgebreide en zeer gepolijste hands-on van vorige maand met een brede grijns speelden. Een gunstig rapport voor het Britse Dambuster Studios op basis van het eerste kwart van de game, maar of we ook zo positief bleven naarmate we verder kwamen in het spel moest uiteraard nog blijken…
In deze definitieve versie pikken we de draad weer op waar we die vorige maand achterlieten: we nemen opnieuw de rol aan van de Ierse Dani die de fecks gretig uitschreeuwt terwijl ze de strompelende zombies op allerlei manieren tot pulp hakt. Dani is één van de zes speelbare personages die op de laatste vlucht uit Los Angeles zaten om aan de zombie-apocalyps te ontsnappen. Nadat één van de andere evacués aan boord besmet blijkt te zijn, wordt het vliegtuig zonder pardon neergeschoten. Je overleeft de vliegtuigcrash wonderwel en wordt in de nasleep ervan zelf gebeten. Je blijkt evenwel immuun te zijn, ook al zorgt de infectie voor enkele opvallende veranderingen in je lichaam. Vanaf dan is je missie duidelijk: een uitweg vinden uit het vervloekte Hell-A, zoals de makers de iconische stad zo graag noemen, en de waarheid ontdekken over je immuniteit en de oorsprong van de uitbraak. Het verhaal past op een bierviltje, de dialogen zijn bijna altijd onnozel van toon en te midden van alle chaos ontmoet je een hoop buitenbeentjes op je pad. In de wereld van Dead Island heb je simpelweg geen diepgaande motivatie nodig om duizenden zombies tot moes te herleiden.
Dat we dit bloedbad aanrichtten met de eigenwijze en vuilbekkende Dani komt door haar passieve vaardigheden, zoals Bloodlust waarmee haar gezondheid wordt aangevuld wanneer ze meerdere zombies snel na elkaar doodt, die ons het meest aanspraken. De zes slayers – Bruno, Amy Jacob, Ryan, Carla en Dani – hebben zo elk twee aangeboren vaardigheden aan het begin van het spel die je keuze mee bepalen. We hebben ook kort gespeeld met stuntman Jacob en de exotische danser Ryan, maar enkel de subtiele verschillen onderling en bijgevolg licht andere speelstijl vonden we niet voldoende om het spel meermaals te spelen en om ons alweer door het trage begin te worstelen.
Het Los Angeles uit Dead Island 2 is overigens geen uitgestrekte open wereld. In plaats daarvan beschikt het over verschillende districten waartussen je reist, wat telkens samengaat met een opvallende laadtijd. Elk district is daardoor een kleinere sandbox op zich, met tal van optionele dingen om te ontdekken en een paar vermakelijke zijmissies om toch wat extra vrijheid te creëren. Zo meppen we zombies aan flarden in het chique Bel-Air en Beverly Hills en een trip naar Los Angeles is natuurlijk niet compleet zonder een zonovergoten strandwandeling in Venice Beach of een bezoekje aan de Santa Monica Pier. Door al deze herkenbare buurten en bekende landmarks heeft deze setting eigenlijk veel meer identiteit dan het fictieve eiland Banoi uit de originele game. En hoewel het geen open wereld is, biedt Dead Island 2 zeker een verscheidenheid aan omgevingen om de wereld levend te laten voelen. Het helpt dat de game visueel best indrukwekkend is, zowel in het gebruik van een helder en levendig kleurenpalet als in de kleinste details. De makers hebben hun stinkende best gedaan om de sfeer van alle locaties uitstekend vast te leggen.
Het doden van hordes zombies was ook nog nooit eerder zo gruwelijk gedetailleerd. Dankzij Dambusters “Fully Locational Evisceration Simulator of Humanoids” of kortweg F.L.E.S.H. is Dead Island 2 een van de meest gewelddadige games ooit. Er zijn tientallen wapens en elk heeft zo zijn eigen impact op de rottende klomp vlees die voor je staat. We slaan schedels in met een voorhamer, leggen ribbenkasten bloot door herhaaldelijk op dezelfde plaats te meppen, met enkele rake messteken scheuren we het lichaam open waardoor we de organen zien zitten om daarna hun ledematen één voor één te amputeren en we sloegen een zombie zo hard met een houten plank dat zijn oogballen uit hun kassen bengelden. Zieke geesten als we zijn hebben we ons behoorlijk vaak uitgeleefd op de levenloze zombielichamen op de grond, gewoon om te zien wat de impact was van de verschillende wapens. Zoals die ene keer toen we de cellulitisbenen van een nogal forse zombiedame in bikini verminkten om daarna zowel haar hoofd als beide armen en benen af te hakken waardoor er alleen nog een stuk romp overbleef… Het is walgelijk en komisch tegelijk, maar het gratuit geweld past perfect bij de overdreven toon van de game. Bij de vijfduizendste zombie verbaast het natuurlijk niet meer zoveel als bij de eerste, maar het blijft toch visueel spectaculair en plezant.
Groepjes zombies uitdunnen met honderden wapens die zomaar voor het grijpen liggen is nog steeds de essentie van het spel en dat hebben we ook nu weer twintig uur lang met een brede grijns op het gezicht gedaan. Hoewel we aan het eind ook een paar machinegeweren en shotguns in ons wapenwiel hadden zitten, blijft de game trouw aan het DNA van de reeks en ligt de focus grotendeels op entertainende first-person mêleegevechten met honkbalknuppels en vlijmscherpe katana’s, maar ook een biljartkeu en ander doodnormaal gereedschap leent zich perfect voor het betere hak- en mepwerk. Wapens gaan nog steeds kapot bij gebruik en kunnen bij werkbanken gerepareerd, geüpgraded en met allerlei mods aangepast worden zodat je elementaire schade zoals elektriciteit aan je wapen kan toevoegen. De speelse interactie met de omgeving is eveneens tof gedaan. Een grote groep zombies naar een plas water lokken met een aasbom om ze daarna te elektrocuteren met zo’n gepimpt wapen of een doodgewone batterij gaat nooit vervelen. Idem voor het overgieten van zombies met olie om ze daarna in brand te steken en ze realistisch te zien wegsmelten… Neen, wij hebben echt geen professionele hulp nodig, dank u.
In plaats van een traditionele skill tree gebruik je in Dead Island 2 een hoop skill cards om je personage verschillende vaardigheden aan te leren en zo je speelstijl te bepalen. Elke kaart biedt een specifieke passieve bonus of actieve vaardigheid, zoals het ontgrendelen van die krachtige drop kick. Hoe hoger je level, hoe meer kaarten je in één keer kunt uitrusten. In onze hands-on voorspelden we nog dat dit een veel leukere manier was om je loadout te bepalen en nu we nagenoeg de volledige omvang van dit systeem hebben ervaren (hoewel we nog lang niet alle kaarten hebben vrijgespeeld) blijkt het wel degelijk leuk om kaarten te mixen en matchen en blijvend te experimenteren, maar al bij al is het nu ook weer niet zo uniek of noodzakelijk waardoor we er op een gegeven moment eigenlijk niet meer zo mee bezig waren.
Dead Island 2 is technisch en visueel een veel betere game dan het origineel ooit was, alleen moeten we wel toegeven dat het spel vooral in het laatste kwart in oude gewoonten hervalt. Hoewel er tal van interessante missies zijn, speelt het gebrek aan variatie de game toch wat parten. Naarmate de uren verstrijken hadden we toch net iets te vaak deuren gezien waarvan we eerst de circuit breaker of batterij moesten vinden, om maar te zwijgen over de vele kill ‘m all momenten waardoor het allemaal wat minder blijft boeien.
Ook lopen we in dat laatste kwart plots tegen veel meer bugs aan, terwijl we tot op dat moment nauwelijks problemen hadden ondervonden. Zombies die meermaals in het decor blijven steken, wijzelf die plots onder de map zitten, missies waarvan de volgende objective niet wilt starten, de camera die plots vreemde turen uithaalt en bij momenten vreemd geplaatste checkpoints. Heel bizar en natuurlijk speelden we de game ruim voor release, maar de day one patch die al deze euvels allemaal kan aanpakken, moet toch al een heel stevige zijn.
Los daarvan doet Dead Island 2 niks revolutionairs. Het voelt als een game van een paar generaties terug, maar dan in een moderner jasje. Eenvoudige, breinloze fun is precies wat we van deze game wilden en dat hebben we ook ruimschoots gekregen. We kijken er alleszins naar uit om deze ultra gory zombieslasher straks met vrienden te spelen in co-op. Na al die jaren in development hell hadden we nooit gedacht dat 1) Dead Island 2 überhaupt zou uitkomen en 2) dat het ondanks enkele problemen zo’n entertainende game zou zijn.
Voor het grootste deel kleurt Dead Island 2 binnen de gekende lijntjes en blijft het zeer trouw aan het DNA van de reeks. Zombies in elkaar meppen met tientallen verschillende wapens blijft leuk en dankzij de hypergedetailleerde gore doe je dat altijd met een zeer brede grijns op het gezicht. Los Angeles mag dan wel geen eiland zijn, het is wel een zeer geslaagde setting. Het gebrek aan variatie speelt het spel uiteindelijk parten en vooral in het laatste kwart liet het team naar ons gevoel toch te veel bugs en oneffenheden achter.
- Hell-A is een geslaagde locatie
- Heerlijke gore
- Combat is fun
- Visueel sterk
- Gebrek aan variatie
- Veel oneffenheden