Tropico 5
Knoeien door de tijdperken heen in Tropico 5
[gespeeld op pc]
Tropico heeft zich in de loop der jaren opgewerkt van een komieke Sim City-kloon tot een gerespecteerde franchise in de wereld van de stadsbouwgames. Het spel nam alles iets minder serieus, maar had toch altijd voldoende in zijn mars om gamers vele uren te bekoren. Bij Tropico 4 kreeg men van veel spelers te horen dat er weinig vooruitgang te merken was en die kritiek heeft men in het vijfde spel zeker ter harte genomen.
De basis van Tropico blijft natuurlijk het uitbouwen van je eigen, kleine bananenrepubliek en tegelijkertijd je persoonlijk rekening stevig aan te dikken op kosten van de bevolking. Er is op gameplayvlak opnieuw geen revolutie te merken, maar eerder enkele bijkomende features die het spel interessanter moeten maken. Het opvallendste is het feit dat je je eiland nu door verschillende periodes heen moet loodsen. Je begint zelfs slechts als gouverneur van een kolonie die aan de eisen van de Britse kroon moet voldoen. Als dictator-in-spe is dat natuurlijk veel te min en het is dan ook zaak om zo snel mogelijk onafhankelijk te worden. Je komt later in de periode van de wereldoorlogen, de koude oorlog en de moderne tijd terecht. Dit heeft een invloed op het politieke landschap en de verschillende opdrachten die je kan krijgen. Naar een volgend tijdperk gaan doe je altijd door een duidelijk aangegeven opdracht uit te voeren. Er is echter nooit haast bij geboden, noch speelt het een rol hoe je jezelf in vorige tijdperken gedragen hebt. Je kan dus perfect een hele tijd in de koude oorlog-periode blijven zonder dat de rest van de wereld vooruitgaat. Ook je politieke affiniteit is zeer vluchtig: je kan zonder enig probleem van een hevige nazi-Duitsland bondgenoot tijdens de wereldoorlogen naar een Sovjet-staat in de koude oorlog gaan om uiteindelijk in de schoot van de Verenigde Staten te belanden in de moderne tijd. Het geheugen van politici is blijkbaar ook in de gamewereld bijzonder kort.
Enerzijds is het natuurlijk leuk dat je alle tijd hebt om elk tijdperk op je gemak te verkennen, maar omdat de wereld zelf ook pas evolueert als jij dat doet, heb je weinig reden om over te gaan naar een nieuw tijdperk. Er is geen vrees voor bijvoorbeeld een inval van een grootmacht omdat ze merken dat jouw leger enkele decennia achter loopt. De buitenwereld is zelfs opvallend passief, wat vreemd is aangezien er wel heel wat mogelijkheden zijn om invasies te vermijden. De enkele keren dat je dan toch vijandelijke troepen over de vloer krijgt, zijn ze dusdanig zwak dat je er nauwelijks iets merkt. Het op peil houden van diplomatieke relaties is ook vrij eenvoudig aangezien je zelden voor beslissingen te staan komt waarbij je voor de ene of de andere moet kiezen. Zelfs als je in de moderne tijd je bevolking hardhandig onderdrukt zal je geen commentaar krijgen van de rest van de wereld. Tropico heeft zich nooit bezig gehouden met uitgebreide militaire of diplomatieke gameplay, maar wat meer onverwachte gebeurtenissen om de speler alert te houden zouden zeker welkom zijn.
Om de speler toch een beetje bezig te houden zullen grootmachten, je burgers of je snuggere assistent Penultimo zich regelmatig aanmelden met allerlei opdrachten die je voor een beloning kan uitvoeren. Ze zijn allemaal optioneel, maar leveren meestal wel een leuke beloning op. Hier schittert ook regelmatig een van de grote pluspunten van het spel: de droge en soms absurde humor. Alle research komt met een kort verhaaltje over hoe men ze bedacht heeft en ook sommige opeenvolgende missies zijn bijzonder spitsvondig bedacht. Ze slagen er echter niet in om te verbergen dat een spelletje Tropico zelfs in de vrije modus bijzonder snel uitgespeeld is. Na acht uur spelen ben je door alle tijdperken heen, heb je alle mogelijke research gedaan en heb je van alles wel iets op je eiland gezet. Er is natuurlijk wel wat herspeelmogelijkheid door een spel als toeristisch paradijs of kapitalistische tirannie te proberen, maar voor een spel in dit genre lijkt de speelduur vrij kort. Er is ook wel een campaign mode waarin je iets meer verhaal voorgeschoteld krijgt en ook weer kunt genieten van de humor, maar alle vooruitgang die je daar boekt, ben je bij iedere nieuwe missie weer kwijt, wat op den duur ook wel vervelend begint te worden. Anderzijds is er ook wel de nieuwe mogelijkheid om het spel nu ook in co-op of competitieve multiplayer te spelen wat de kortere spelduur misschien wel verklaart en ook terug wat extra lengte aan je spel kan geven. In het menu is ook nog een onbeschikbare ‘Missions’ optie, die het vermoeden schept dat men voor extra spelplezier opnieuw in de buidel zal moeten tasten.
Een ander verschil dat je direct zal merken met voorgangers is dat je in plaats van één oppermachtige El Presidente nu een hele dynastie kan stichten. Je naaste medewerkers hebben net als de machthebber een bonus bij het beheren van gebouwen en het gehele land. Als je voldoende geld hebt weten te versluizen naar je Zwitserse bankrekening kan je jezelf en je compagnons ook upgraden, maar in meer dan de bestaande bonussen ietsje beter maken resulteert dit ook niet. Het was interessanter geweest moest je ze bijvoorbeeld via een skill tree kunnen specialiseren in bepaalde taken. Het is een bijkomende manier om je privéfortuin in te zetten, maar voor veel extra variatie in het spel zorgt het alleszins niet.
Grafisch ziet het spel er duidelijk beter uit dan zijn voorgangers: het spel straalt de kleurrijke en zonnige sfeer uit die je verwacht. Eens je land wat groter begint te worden, zal al wel snel opvallen dat er een groot gebrek is aan variatie in het uiterlijk van gebouwen. Waar je bij een spel als Sim City al goed zal moeten zoeken om twee identieke gebouwen te vinden, is er in Tropico voor de meeste gebouwen slechts één uiterlijk. Wie zijn grondgebied dus wat geordend indeelt, zal dus al snel hele blokken vol kloons zien. Ook op geluidsgebied is er niet zoveel te beleven. Naast de tropische muziek, die maar enkele uren kan boeien, is er niet veel meer te horen dan het vage geroezemoes van een stad of het fluiten van kanaries. Als je inzoomt zullen sommige gebouwen een specifiek geluid produceren, maar dat voegt weinig toe. Zelfs bij spectaculairdere gebeurtenissen zoals een grote opstand gebeurt er weinig speciaals.
Erger is het nog gesteld met de interface van Tropico 5. Enerzijds is het bijzonder moeilijk om aan nuttige informatie te raken over hoe alles in zijn werk gaat. Je krijgt enkel zéér algemene informatie te zien en bent dan aan je lot overgelaten om er iets mee te doen. Zo bleef de tevredenheid over entertainment absurd laag zelfs toen er op bijna iedere straat wel een café, circustent of restaurant was. Een andere vreemde verhouding was de almaar dalende tevredenheid van het leger terwijl de militaire factie uiterst tevreden was.
Ook het beheren van je productiemogelijkheden zorgt voor hoofdzorgen. Omdat Tropico in vergelijking met bijvoorbeeld Anno een bijzonder vereenvoudigd beheer van al je middelen heeft, heb je ook zeer weinig invloed over waar alles naartoe gaat. Overschotten worden automatisch verkocht aan het buitenland, terwijl sommige, maar niet alle, tekorten ingekocht worden zonder dat je zelf hier iets aan kan doen buiten handelsroutes op te zetten die je goederen aan een hogere prijs zullen verkopen. Hoewel dit natuurlijk handig is voor wie zich niet met het economische aspect wil bezig houden, is het wel vervelend wanneer je merkt dat het spel beslist om sommige grondstoffen te verkopen terwijl je eigen fabrieken stil liggen wegens een gebrek aan diezelfde grondstoffen. Zeker als goederen waarvan er slechts een beperkte hoeveelheid aanwezig is op je eiland ongevraagd geëxporteerd worden en je zo het geld misloopt dat het verwerken ervan opbrengt zal je het gebrek aan controle vervloeken.
Ook het gebruiksgemak van de interface zelf is niet wat het moet zijn. Alles voelt erg onintuïtief aan, is slecht georganiseerd en bijzonder onoverzichtelijk. Zo kan je bijvoorbeeld tijdens het plaatsen van een gebouw niet meer in- of uitzoomen. Op zich geen ramp, ware het niet dat er bij sommige gebouwen een klein rood pijltje staat dat aangeeft dat die kant langs een weg moet staan. Aangezien het grootste deel van het beschikbare landschap uit bosgebied bestaat is het dus bijna onmogelijk om dit tijdens het plaatsen te zien. Je bent op zo’n moment dus verplicht om met je cursor boven een ander, open, stuk grond te gaan en daar het gebouw te draaien voor je terug kan gaan naar de juiste locatie, maar doordat je daar weer niet meer kan inzoomen moet je vaak maar gokken dat je het op de juiste plaats zet.
Het startpunt van vrijwel alle beschikbare informatie is de Almanac waarin facties, grondstoffen, financiën,... bij elkaar gedumpt zijn op één pagina. Op geen enkele van deze informatiekanalen kan je op een praktische manier iets terugvinden om problemen op te sporen. Een typisch voorbeeld is het feit dat je economische informatie bestaat uit één getal voor je inkomsten en één getal voor je uitgaven, zonder enige mogelijkheid om uit te vissen wààr al dat geld vandaan komt of naar toe gaat. Ook zal het eeuwig een mysterie blijven waarom er zowel geklaagd wordt over de werkloosheid als over het tekort aan werkkrachten of waarom sommige gebouwen maar niet gebouwd willen worden. Het zijn vaak losstaande grote of kleine ergernissen, maar ze zitten door heel het spel verweven en maken van een spel dat eigenlijk voor vele tientallen uren verslavende gameplay zou moeten zorgen een opeenvolging van verzuchtingen.
- Humor
- Luchtig
- Geschikt voor beginners
- Slechte interface
- Gebrek aan noodzakelijke informatie
- Gebrek aan diepgang