HANDS-ON PREVIEW | Tales of Arise tovert heel wat actie op je scherm
De Tales of-franchise bestaat ondertussen al vijfentwintig jaar en in al die jaren zijn er al hel wat games in de reeks verschenen. De volgende titel die we mogen verwachten is Tales of Arise, dat volgens de makers een kantelpunt moet zijn voor de Tales of-reeks.
Van bij de start van onze preview krijgen we de mogelijkheid om te kiezen uit zes personages. Allemaal hebben ze hun eigen sterktes en zwaktes, zoals we die kennen uit honderden andere RPG’s. Het ene personage is goed om te healen, het andere werkt beter van op een afstandje, terwijl het volgende personage dan weer kan ingezet worden als pure tank. Je keuze is gelukkig niet definitief, want tijdens het spelen kan je wanneer je maar wil wisselen van party leader en dat personage in handen nemen.
In Tales of Arise ga je immers met je volledige gevolg op stap en tijdens gevechten kan het dan ook bijzonder chaotisch worden. Je voert je eigen aanvallen uit, terwijl ook de andere personages er flink op los meppen. Langs alle kanten zie je dan ook aanvallen voorbij je flitsen, waardoor het niet altijd zo gemakkelijk is om het overzicht te behouden. Gelukkig weten de personages vrij goed wat ze doen, al moet je bij de grotere gevechten wel in de gaten houden dat ze voldoende health hebben.
Naast je normale aanvallen kan je in Tales of Arise tijdens de combat ook een heel aantal speciale aanvallen uitvoeren. Om te beginnen zijn er je Artes, specifieke aanvallen voor elk personage die je naar wens kan inzetten. Je metertje moet natuurlijk wel gevuld zijn en vijanden kunnen de aanvallen onderbreken, maar wij konden ze naar hartenlust op onze vijanden afsturen.
Daarnaast zijn er nog Boost Attacks, die samen met andere teamleden worden uitgevoerd. Ook hier moeten er metertjes vollopen om ze uit te voeren, maar met zes personages op het strijdveld kan je vrij vaak de knop indrukken om een extra sterke aanval uit te voeren. Wij werden ietwat midden in de game gegooid (na ongeveer 10-20 uur volgens de makers), waardoor het niet altijd duidelijk was wat alle aanvallen deden, maar het zorgt alvast voor nog een extra laag chaos tijdens de combat. Wil je het toch wat rustiger aanpakken, dan kan je ook altijd het spel pauzeren en items gebruiken of personages vragen bepaalde aanvallen uit te voeren.
Samengevat kan je dus wel zeggen dat de combat in Tales of Arise best tactisch is en zeker moeilijker dan je in het begin verwacht. Toen we ons eerste baasgevecht voor de kiezen kregen dachten we dat varkentje wel snel te wassen, maar nadat we aan een onfortuinlijk einde kwamen, besloten we het de tweede keer toch iets voorzichtiger aan te pakken.
Gelukkig bevat de wereld voldoende monsters om je vechtkunsten op te oefenen, al kan je er ook steeds voor kiezen om gevechten volledig te vermijden. Monsters, of Zeugles zoals ze in Tales of Arise heten, zijn duidelijk zichtbaar in de wereld en als je wil kan je er gewoon met een wijde boog omheen lopen.
Wil je even rusten, dan zijn er in de spelwereld van Tales of Arise verschillende opties om je batterijen op te laten. Kampen en andere plekken geven je de kans om je HP volledig te herstellen en als je een lekkere maaltijd kookt, dan kan je al je personages zelfs nog een kleine boost geven. Zoals het hoort kan je in de wereld ingrediënten, recepten, nieuwe uitrusting en andere schatten vinden. Je kan bij merchants ook zelf accessories in elkaar steken met materiaal dat je in de wereld vindt.
Visueel kiest Tales of Arise voor een duidelijke getekende stijl, die een heel mooie wereld toont met ook heel wat aandacht voor de monsters. Momenteel had de demo wel nog wat last van pop-ins, maar aangezien de game pas in september uitkomt, vergeven we dat voorlopig nog. Hopelijk is het bij de definitieve versie wel verholpen, want nu doet het flink af aan het mooie werk dat door de designers is geleverd. De gevechten zien er trouwens wel heel sterk uit, met nochtans heel wat actie op het scherm. De verschillende aanvallen worden mooi weergegeven en we hadden nooit last van framedrops of andere problemen.
Voice acting moet je momenteel ook nog niet echt verwachten. Tales of Arise maakt net als de andere games in de reeks gebruik van dialogen met tekst, die hier en daar worden ondersteund door een korte uitspraak van een personage. Het is een stijl die we ondertussen al gewoon zijn.
Tales of Arise zal voor de fans van de reeks vertrouwd aanvoelen, terwijl er toch redelijk wat veranderingen zijn ten opzichte van andere games in de franchise. De combat is bijzonder chaotisch en vraagt even wat gewenning, maar eens je het onder de knie hebt, kan je al snel overweg met zes personages tegelijk.