V-Rally 4

V-Rally 4

Eind jaren ’90 en begin jaren 2000 waren V-Rally en Colin McRae Rally de twee grote namen wanneer je het over rallygames had. Die laatste leeft al een flink aantal jaren verder onder de naam DiRT, maar V-Rally verdween na het derde deel in 2002 volledig van de radar. Daar wil ontwikkelaar Kylotonn nu verandering in brengen.

Kylotonn heeft als ontwikkelaar al heel wat ervaring met racegames, want het is de studio achter de laatste drie WRC-games, FlatOut 4 en TT Isle of Man. Het is dus in principe een goede studio om aan de slag te gaan met V-Rally 4.

In tegenstelling tot de WRC-games beschikt Kylotonn voor V-Rally 4 niet over officiële licenties. Daardoor heeft het wat vrijheid genomen in de content, te beginnen met een boel locaties en natuurlijk een aantal verschillende soorten races. V-Rally 4 gaat verder dan enkel rally. Je kan immers ook aan de slag in rally cross, gymkhana, hillclimb en buggyraces. In al die modi doet V-Rally 4 weinig nieuws en is het nooit echt uitblinker. We snappen de nood aan verschillende soorten races, maar in deze game zijn die allemaal nogal flets uitgewerkt. Vooral gymkhana is in V-Rally 4 ondermaats. Dat moet draaien rond plezier en gekke stunts, maar de circuits zijn saai en de auto’s werken niet goed genoeg mee om lekker wat donuts te draaien, om maar een voorbeeld te geven.

Het probleem is dan ook dat V-Rally 4 een identiteitscrisis heeft om u tegen te zeggen. Het weet niet goed wat het wil zijn: een arcaderacer of een sim. Langs de ene kant kiest het met gymkhana, rally cross en buggyraces voor onderdelen die vooral in de arcaderacers populair zijn en het voegt daar dan hillclimb en rally aan toe, die ietsje meer gericht zijn op de echte rallyfans.

Dat merk je ook in de handling van de wagens. Auto’s zijn opmerkelijk moeilijk onder controle te krijgen, niet omdat het allemaal zo realistisch in elkaar steekt, maar gewoon omdat je nooit echt een goed gevoel hebt bij de auto’s. Ofwel voelen ze ongelooflijk zwaar aan, ofwel schuiven ze naar alle kanten. Ook het verschil tussen rijden op asfalt en het rijden op gravel is te extreem. Op asfalt hebben wagens bijna ultieme grip, terwijl ze op gravel alle kanten opschuiven. Dat is, tenzij je even de rem induwt, want dan ben je ook op asfalt nogal snel de controle kwijt.

Nu, je kan de settings van de wagens aanpassen, zodat ze wat meer naar je zin rijden, maar het kan niet de bedoeling zijn dat je eerst een hele tijd bezig moet zijn met de wagens om iets meer plezier te hebben aan de game.

Het grootste deel van de game zal je vertoeven in de V-Rally Mode, wat eigenlijk gewoon de career mode is. Daar zal je als beginnend piloot je moeten opwerken, tot je de grootste races ter wereld kan winnen. Dat doe je door geld te verdienen in verschillende races, om zo wagens aan te kopen en te verbeteren. Ondertussen moet je ook rekening houden met sponsors, managers en een heel team engineers en mecaniciens. Die hebben ook allemaal een loon en daar moet je tijdens het spelen dus rekening mee houden. Je moet soms ook betalen om deel te nemen aan races en als je een botsing doet, dan moet je opdraaien voor de kosten.

Je zal dus flink in de gaten moeten houden of je wel genoeg geld in kas hebt om alles en iedereen te betalen. Persoonlijk zijn we daar geen fan van. Als een wagen 100.000 dollar kost, dan willen we niet verplicht worden om eerst 200.000 dollar bij elkaar te sparen, omdat we rekening moeten houden met alle andere kosten. In een game als V-Rally 4 willen we gewoon kunnen racen. Ook hier weet de game dus niet of het nu een sim of een arcaderacer is.

V-Rally 4 heeft ook een multiplayeraspect, waarbij je online kan deelnemen aan verschillende events en natuurlijk ook gewoon losse races kan houden. Leuker is dat er ook splitscreen in de game zit, iets dat de voorbije jaren toch wat verdwenen is bij racegames en we zijn altijd blij wanneer een ontwikkelaar toch besluit om het toe te voegen.

Grafisch is V-Rally 4 vis noch vlees. De game ziet er niet lelijk uit, maar het is met momenten nogal flets en er is maar raar of zelden iets dat in het oog springt. Op vlak van geluid klinken de wagens degelijk, maar werden we al snel gek van het piepende geluid dat de banden maken wanneer je wagen wegglijdt op asfalt. Dat is toch een beetje te prominent aanwezig.