Micro Machines World Series

Micro Machines World Series

[gespeeld op PS4]

De Micro Machines game franchise zag het daglicht in 1991 en legde meteen de fundering van de reeks: een top-down racing game met miniatuurvoertuigen. Sindsdien kregen we om de zoveel jaren een opvolger. De ene al wat succesvoller dan de andere. De voormalig laatste in de reeks, Micro Machines V4, kwam in 2006 uit. Nu, elf jaar later, mogen we ons wagen aan Micro Machines World Series. De game is te spelen op Mac, Linux, Windows, PS4 en Xbox One. Wij mochten de PS4-versie aan de tand voelen.

De game ziet er modern uit tegenover z’n oudere broertjes, visueel zit het best snor. Nog steeds race je top-down in micromachines over tafels, houten planken, een keukentablet, een pooltafel en allerlei andere groot meubilair. De muziek in het menu doet je zin krijgen in het spelen van de game. Echter wordt dit enthousiasme al snel de kop ingedrukt, maar daarover later meer.

Allereerst waagden we ons aan enkele Skirmish games, waarin je tegen AI of lokale vrienden kan oefenen. Je hoeft in deze game dus niet online te gaan. Gelukkig kan je wel online gaan, want racen tegen anderen is nu eenmaal veel leuker dan tegen de AI. Tot je level 10 bent, krijg je enkel toegang tot Quick Play. Hier kan je uit drie verschillende modi kiezen: Battle, Race en Elimination. In Battle speel je spelletjes in twee teams, zoals bijvoorbeeld Capture the Flag. Race zegt het al, hier is het gewoonweg om ter snelst de finish halen. In Elimination moet je zo dicht mogelijk bij de eerste wagen blijven en uiteindelijk als eerste eindigen. Al wie te ver wegblijft of van de baan rijdt, wordt meteen geëlimineerd. Wie wint krijgt de meeste punten en dan per plaats alsmaar minder. De laatste verliezen zelfs punten. Degene die het eerst een bepaald aantal punten behaalt, wint deze modus. Om een idee te geven, meestal zit je aan een tiental races in Elimination.

In Battle kan je naargelang welk voertuig je hebt bepaalde vaardigheden inzetten. Zo kan de politiewagen een shotgun afvuren, een vijand markeren, zijn sirene aanzetten of een politiehelikopter oproepen. De brandweerwagen die kan dan weer zijn schuimkanon inzetten, een schuimexplosie afvuren, een bijl hanteren en een waterkanon in gebruik nemen. Er zijn in total twaalf voertuigen ter beschikking, wat best wel weinig is als je vergelijkt met de aantallen van de vorige games.

Alle voertuigen gedragen zich in de Battle modus verschillend naargelang de vaardigheden van het voertuig, maar in de Race en Elimination modi worden deze vaardigheden niet ingezet. Daar krijgt iedereen de kans om zaken op te rapen, zoals een Nerf-pistool dat naar voor schoten afvuurt, een bom die naar achter gegooid wordt en nog enkele andere dingen. In deze modi is het dus van geen belang welk voertuig je gebruikt, hier is het enkel een cosmetische keuze.

Vanaf level 10 mag je meespelen in Ranked modus, wat net hetzelfde inhoudt als Quick Play, maar hier krijg je dan Ranking XP bovenop de gewone XP. Telkens je een level stijgt (al dan niet Ranked), krijg je een Loot box waarin enkele cosmetische zaken zitten, zoals bijvoorbeeld een skin of een voice line. Cadeautjes krijgen is altijd leuk, dus hierover geen slecht woord.

Qua gameplay is de game best wel leuk en toch zitten we na enkele uren nog steeds op onze honger. Ten eerste zijn er erg weinig spelers online. In Quick Play zit je regelmatig met enkele AI-bots te spelen en in Ranked is het zo erg dat soms meer dan de helft van de spelers AI zijn. Erger nog is dat de AI best wel goed is, dus je verliest dan ook nog regelmatig tegen bots en niet tegen andere gamers. Een tweede minpunt aan de game is dat je na elke match er uit gegooid wordt en weer helemaal opnieuw een match moet zoeken. Als je races speelt, die best snel klaar zijn, dan breng je dus meer tijd door in de menu en het zoeken van een match, dan het racen zelf. Kortom, ookal is het spelen zelf soms leuk, toch wacht de teleurstelling telkens om de hoek. Wanneer je weer eens een nieuwe match moet zoeken. Waarin je weer eens tegen een hele meute AI moet spelen.