The Last Guardian
The Last Guardian
Een game tien jaar in ontwikkeling houden, het lijkt tegenwoordig wel de nieuwe trend. Eerder hadden we al Final Fantasy XV, maar ook The Last Guardian verbleef een volledig decennium in ‘development hell’. Nu kunnen we eindelijk toch aan de slag met de nieuwste game van legende Fumito Ueda.
Die naam zal misschien niet bij iedereen een belletje doen rinkelen, want de laatste game van zijn hand kwam alweer in 2006 uit in Europa. Als we echter zeggen dat hij het genie is achter games als ICO en Shadow of the Colossus, dan snap je ongetwijfeld waarom zoveel gamers het geduld hebben opgebracht om tien jaar te wachten op The Last Guardian. De hype rond de game is ook nooit echt verdwenen en dus weet je ook dat de verwachtingen verschrikkelijk hoog zijn. De vraag is dan natuurlijk of die verwachtingen ooit ingelost kunnen worden, zeker bij een game die tien jaar in ontwikkeling is geweest.
The Last Guardian vertelt het verhaal van een jongetje dat zonder te weten hoe ergens in een vreemd oord is beland. Hij is niet enkel op een vreemde plek, ver van zijn dorp, maar in zijn buurt vindt hij ook Trico, een mythisch wezen met geen al te beste reputatie. Trico is trouwens niet de naam van het wezen, maar gewoon de naam van zijn soort. Er bestaan dus ook andere Trico’s. Gemakshalve gaan we het wel als zijn naam gebruiken, anders wordt het net iets te ingewikkeld.
Het jongetje is op zijn hoede voor Trico, want het is en het blijft een reusachtig monster, maar hij beseft ook snel dat Trico mogelijk zijn enige redding is om uit de vallei waar hij verzeild is geraakt te ontsnappen.
Gelukkig voor het jongetje is Trico blijkbaar een vrij vriendelijk monster en al snel ontstaat er een verstandhouding tussen beide partijen. In het begin wil dat zeggen dat je Trico tot bij je kan roepen en op zijn lichaam kan kruipen wanneer hij ergens naartoe springt, zodat ook jij die grote afstanden kan overbruggen. Later in de game kan je ook bevelen geven aan Trico, zoals aangeven wanneer hij moet springen of een richting waar hij naartoe moet lopen.
In theorie klinkt dat heel leuk, maar wij hebben doorheen de game flink gevloekt op Trico. Niet altijd deed hij wat wij wilden of het duurde gewoon veel te lang, waardoor je gefrustreerd geraakt. Bovendien haalt het volledig het tempo uit de game. Daarnaast ga je vanwege het trage reageren van Trico met momenten op zoek naar andere oplossingen voor een puzzel, terwijl je het eigenlijk gewoon goed had gezien. Omdat Trico echter niet reageert, denk je dat je verkeerd bezig bent.
Die frustratie is jammer, want het zorgt er ook voor dat de emotionele band tussen het jongetje en Trico wat minder wordt. Niet dat die band er niet is. De momenten waarop je als speler rekent op de redding door Trico, wanneer je een sprong verkeerd inschat of gewoon beslist om van op grote hoogte op zijn rug te springen, zorgden telkens toch voor een kleine glimlach op ons gezicht.
Ook de gedragingen van Trico zelf zijn bijzonder vertederend. Trico is eigenlijk een grote kat, met hier en daar een beetje hond en de vleugels van een vogel. Het eerste moment waar Trico zijn hoofd door een deur steekt, om ergens te proberen aan te komen, zorgt er voor dat je meteen verliefd bent op het dier. Ook op andere momenten zal je ‘aah, zo schattig’ mompelen.
Die emotionele band is dan ook het grote verhaal in The Last Guardian. Doorheen het spel kom je wel te weten hoe het jongetje in de vallei is terecht gekomen en wat zijn connectie met Trico is, maar eigenlijk draait The Last Guardian rond de trip die je samen maakt en minder rond het verhaal. Op dat vlak doet Fumito Ueda het weer bijzonder goed, al moeten we zeggen dat de emotionele kracht van The Last Guardian nooit het niveau haalt van ICO of Shadow of the Colossus.
In zijn kern is The Last Guardian ook een puzzelgame natuurlijk. Doorheen het spel ga je van ruimte naar ruimte, waar je telkens op zoek moet naar een oplossing om je reis verder te kunnen zetten. Verwacht daar niet dat je bij het handje wordt gehouden. Je zal de oplossingen echt wel zelf moeten zoeken. Trico doet vaak niets tot jij de juiste actie aangeeft en andere hints worden ook slechts spaarzaam gegeven en dan nog vaak in een redelijk cryptische vorm.
Het is één van de aspecten waaraan je ziet dat The Last Guardian al een oudere game is. Wij vinden het niet erg dat er bijna geen hints worden gegeven, maar met momenten hebben we wel het gevoel dat we aan ons lot worden overgelaten. Een aantal aspecten van de game ontdekten we echt pas helemaal op het einde, wat toch altijd een beetje jammer is.
Ook zijn niet alle puzzels even leuk of goed gevonden. Soms is het echt op goed geluk dat je iets moet ontdekken, om zo een puzzel tot een goed einde te brengen. Andere keren is het dan weer veel te eenvoudig. Soms kom je ook in aanraking met een soort soldaten in klei, die je zullen proberen te vangen. Als ze daarin slagen, moet je op alle knoppen rammen om weer los te komen. Slaag je daar niet op tijd in, dan is het game over. Trico zal de soldaten ook aanvallen, maar als speler loop je op die momenten vooral een beetje rond om niet gevangen te worden. Zeker wanneer je ondertussen ook nog een puzzel moet oplossen zijn deze momenten bijzonder lastig, omdat je in de vorm van het jongetje geen enkel manier hebt om je te verdedigen.
Er zijn nog een aantal andere punten waar The Last Guardian zijn leeftijd laat zien en dan met name in de controls en bij de camera. De controls zijn bijzonder stroef en sommige knoppen worden voor meer zaken gebruikt, waardoor je soms het ene wil doen maar met lede ogen moet toezien dat het jongetje iets anders doet. Het is ook lichtelijk irritant dat de controls constant in beeld worden gebracht. Na enkele uren spelen wisten we wel met welke knop we moesten springen of hoe we ergens aan moeten gaan hangen. Toch vreemd dat een game die ons amper hints geeft rond de puzzels, ons hiermee wel rond de oren slaat.
Nu, die controls zijn nog niet zo erg als de camera. In The Last Guardian moet je vaak heel de omgeving goed bekijken, om te weten wat je moet aanvangen. Dat is geen probleem op zich en het zorgt er voor dat je goed moet nadenken. Alleen moet de camera dan wel meewerken. Doorheen het spel is het echter zonder twijfel het punt waar we het meeste op gevloekt hebben. Zeker wanneer we op Trico zaten was de camera een hel. Trico is immers een wild dier en beweegt dus wel een beetje. Als je dan last hebt met de camera, is het bijzonder moeilijk om de juiste kant op te blijven kijken. Daarnaast waren we meer dan eens het jongetje kwijt, omdat Trico besloot de andere kant op te draaien, net op het moment dat jij aan zijn zijkant hangt.
Een ander punt waar games die lang in ontwikkeling zijn vaak op falen, zijn de graphics. Dat is bij The Last Guardian gelukkig niet het geval. De game toont zeker niet de meest spectaculaire beelden op het scherm, maar ziet er wel goed uit en ademt een prachtige sfeer uit. Daarnaast ziet Trico, die een mix van een kat, hond en vogel is, er bijzonder knap uit. Vooral de veren op zijn lichaam worden levensecht weergegeven. Op vlak van geluid haalt Fumito Ueda een oud trucje uit. De soundtrack en de dialogen zijn bijzonder summier. Er wordt enkel gesproken wanneer het echt nodig is en muziek weerklinkt er enkel op de spannende momenten. Zo slaagt The Last Guardian er in een unieke sfeer te creëren.
- Trico
- Unieke sfeer
- Veel puzzels...
- Controls
- Camera
- ...die niet altijd even goed gemaakt zijn