Tour de France 2014
Zwoegen en puffen op de fiets in Tour de France 2014
[gespeeld op PlayStation 4]
Nu de gekte van de Wereldbeker stilaan begint weg te ebben is het eindelijk terug tijd voor dat andere belangrijkste sportevenement van het jaar, de Ronde van Frankrijk. Met Tour de France 2014 probeert ontwikkelaar Cyanide Studios aan de gameswereld duidelijk te maken dat wielrennen niet alleen een TV-sport is, maar ook een sport die je net zo leuk op je console kunt beoefenen. Ondanks het feit dat dit geen onverdeeld succes is, slaagt Tour De France 2014 er wel in om een meer uitdagende en diepgaande spelervaring aan te bieden dan wat we ervan verwacht hadden.
De hoofdmodus van de game laat je toe om met een van de officiële ploegen de strijd aan te gaan in de grootste koers van de wereld. Je maakt jacht op de gele trui vanaf de heuvelachtige ritten in de buurt van York en Sheffield, over de kasseitjes in het noorden van Frankrijk, om uiteindelijk via de Alpen en de Pyreneeën aan te belanden op de Champs Elysées. Veel aandacht is gegaan naar het zo authentiek mogelijk doen aanvoelen van de wedstrijd anno 2014.
Elk van de 21 ritten wordt door authentiek beeldmateriaal van de regio ingeleid en je kunt er ook voor kiezen om vooraf even het parcours te verkennen om niet verrast te worden door de lastigheid van een helling of door de ligging van de laatste bochten voor de sprint. Na elke etappe krijg je een podiumceremonie te zien met de eventuele renners uit jouw team die erin geslaagd zijn om de rit te winnen of een trui te pakken. Waar de authenticiteit van de spelervaring wat van zijn pluimen laat, is in de namen van de renners van sommige ploegen. Voor Astana, Saxo-Tinkoff of zelfs Lotto Belisol is het juiste namenlijstje van de partij, maar rijd je met Sky of met Omega Pharma-Quickstep dan moet je het stellen met R. Pirti, M. Civendash en zelfs T. Bouman. Focus Home Interactive is er klaarblijkelijk niet in geslaagd om de portretlicenties voor alle teams te bemachtigen, waardoor je met een Pro Evolution Soccer-achtig zooitje rondrijdt. Na wat prutswerk in een ingebouwde editor beschik je over R. Porte, M. Cavendish en T. Boonen (of N. Terpstra als je met de echte Tourselectie wil rondrijden), maar dat kost natuurlijk tijd en moeite.
Elke renner heeft een hoop statistieken die zijn kwaliteiten in onder andere de sprint, de heuvels, de bergen en het tijdrijden aangeven. Deze beïnvloeden hoe snel je in de race moe wordt en welke inspanningen je aankunt. Dat systeem werkt vrij realistisch. Dat betekent dat je je demarrages goed moet doseren en ook dat je niet met zomaar iedereen boven op een Alpencol kunt winnen. Halfweg elke rit is er een bevoorrading, waar je een item toegestopt krijgt dat je inspanningsmetertjes terug een beetje aanvult, al win je daarmee niet de meeste krachten terug. De vermoeidheid laat zich ook doorheen de ritten voelen, wat betekent dat je op een rustdag moet wachten om terug helemaal fris te worden.
Hoewel je telkens maar één renner controleert, laat Tour de France 2014 zich vooral spelen als een teamsport. Dat komt niet alleen tot uiting in de doelstellingen die je aan het begin van de Ronde voorgeschoteld krijgt, zoals “behaal een spurtzege met X”, “eindig in de top 10 van het bergklassement met Y” of “win het ploegenklassement”. Ook onderweg kun je van het potentieel van je hele ploeg tappen door via een communicatiesysteem orders te geven om kopwerk te gaan doen of om mee te springen met ontsnappingen. Tijdens de koers kun je ook de controle over andere renners uit je ploeg overnemen als de situatie zich daartoe leent. De controls werken relatief vlot en bieden je de mogelijkheden die je van een fietsgame zou verwachten, zoals schakelen, remmen, op de trappers lopen,...
Ja, als je meer spektakel verwacht had dan wat je te zien krijgt op een wielerwedstrijd ben je natuurlijk aan het foute adres. Wie af en toe wieleruitzendingen volgt, weet dat in een standaardkoers er veel beweging is aan het begin – wanneer renners er alles aan doen om met de ontsnapping van de dag mee te zijn – en aan het einde, wanneer de sprint wordt uitgevochten. Tussenin is het gewoon trappen, nu eens wat sneller en dan eens wat trager, om de honderden kilometers voor je wielen af te haspelen. Er is moeite gedaan om nog enkele extra strategische lagen aan de game toe te voegen, zoals het spel van de wind, jezelf beschutten in het peloton of achter andere renners om krachten te sparen en zelfs valpartijen zijn niet ongewoon. Jezelf kilometerslang sparen en in de luwte zitten om op je uitgekozen moment te demarreren voor de zege: dat is koers. Als je een wielerliefhebber bent, is Tour De France 2014 een vrij aardige sim met behoorlijk wat diepgang, maar voor anderen zijn alle kilometers tussen het begin en het einde van de wedstrijd wellicht doodsaai. Er is dan wel een functie die je toelaat om wat door te spoelen, maar ook dat vraagt z’n tijd.
Naast de hoofdspelmodus is er nog een Pro Team Modus, waarin je als teammanager van een amateurploeg aan de slag kunt om meerdere seizoenen achter elkaar te bewijzen dat je een topteam kunt uitbouwen en betere renners kunt aantrekken. De extra modus op zich is leuk, maar ontbreekt nog wat body om de vergelijking met managermodi in andere sportgames te kunnen doorstaan. Als je over een tweede DualShock 4 beslist is er ook een lokale multiplayer waarin je met twee hetzelfde team kunt besturen of net tegen elkaar kunt spelen door met andere teams te rijden. Er is geen online multiplayer voorzien.
Op visueel vlak werden we geconfronteerd met enkele verwachte minpunten. Om te beginnen speelt een wielerwedstrijd zich natuurlijk af op een weg die meestal een tweetal rijstroken omgeeft, waar een peloton van zo’n 200 coureurs doormoet. De oplossingen waar Cyanide Studios voor gekozen heeft om dit mogelijk te maken zonder constant met opstroppingen te zitten zijn letterlijk onzichtbaar. Ja, je leest het goed: “onzichtbaar”. Om te beginnen is het volledige parcours omspannen door onzichtbare muren waar je lekker van terugbotst als je ertegen gaat schurken. Soms is dit handig in een bocht, maar deze physics voelen vooral erg onnatuurlijk aan als je ermee geconfronteerd wordt. Nu, voor de onzichtbare muren willen we nog graag een oogje dichtknijpen (gniffel), maar dat ook je mederenners gemaakt lijken te zijn van lucht gaat ons net een stapje te ver. Het botsingsdetectiesysteem werkt vreselijk slecht, wat zich vooral uit in het feit dat je bijvoorbeeld in een afdaling dwars door het peloton van links naar rechts kunt cruisen om de binnenbochten te nemen en zo “op te schuiven” naar voor, los door de andere renners heen.
Ook het publiek langs de kant van de weg is niet om aan te zien, met robotachtige bewegingen en ongezond uitziende aangezichten. Wat wel mooi oogt zijn de omgevingen. Zowel de vergezichten op het platteland en in de bergen als de stedelijke omgevingen zien er behoorlijk uit, met enkele typische accenten en herkenningspunten. De binnensteden van Londen en Parijs ogen herkenbaar en zelfs de begroeiing op de hellingen – gras of bomen - lijkt niet gewoon willekeurig te zijn neergeplant.
- Veel tactische mogelijkheden
- Relatief authentieke Tour-ervaring
- Slechts half voorzien van licenties
- Vreselijk botsingsdetectiesysteem
- Saai voor niet-wielerliefhebbers