Hands-on preview: The Legend of Zelda: Breath of the Wild
The Legend of Zelda: Breath of the Wild
Na lang wachten was het dan eindelijk zover: de nieuwe The Legend of Zelda was dit jaar eindelijk speelbaar. Dat er genoeg mensen op de E3 waren die even een half uurtje aan de slag wilde met de game bleek al gauw toen er rijen van zo’n drie (!) uur vormden om de Nintendo-stand heen.
Dat de game leeft bij de fans is een understatement. Lang hebben we op de game moeten wachten en eindelijk komt er een nieuwe Zelda-game naar de Nintendo Wii U. Na lange tijd krijgen de fans de game waar ze om hebben gevraagd: een echte open wereld The Legend of Zelda.
Dat is namelijk The Legend of Zelda: Breath of the Wild: een open wereldgame. De game begint wederom met Link die uit een diepe slaap gewekt wordt. Alleen ditmaal ligt hij niet in zijn warme bedje, maar ligt hij al honderd jaar te snurken in de Shrine of Ressurection. Hier krijgt hij te horen dat hij Hyrule moet redden van Calamity Ganon, wiens terugkomst steeds dichterbij komt.
Hoe je deze uitdaging te lijft gaat, is echter volledig aan jou. Je kunt meteen gaan en staan waar je wilt en toen wij werden losgelaten in het begingebied begon onze reis meteen met het openen van de wereldmap. Terwijl we al een vrij groot gebied voor onze kiezen kregen, werd ons nog maar even verteld dat dit begingebied slecht twee procent van de gehele game is. Het is verbazingwekkend om je voor te stellen hoe groot deze game wel niet is.
We besluiten maar om een tocht te maken naar een nabijgelegen Bokoblin-kamp, maar voordat we de trollen te lijf gaan, moeten we onze Link eerst voorzien van een degelijke uitrusting. Je zult Link kunnen uitrusten met verschillende outfits, maar nog belangrijker: je zult heel wat wapens en schilden moeten verzamelen om Link strijdklaar te houden.
Niet langer zul je namelijk gebonden zijn aan één onverwoestbaar zwaard. Alle wapens in de game gaan langzamerhand kapot en hebben statistieken die aangeven hoe effectief ze zijn. Je zult dus constant je wapens moeten vernieuwen. Ook wanneer het aankomt op je levensbalk zul je dergelijke RPG-elementen terugvinden. In Breath of the Wild heeft het geen zin om als een dolle tegen het gras te slaan of potten kapot te gooien om hartjes bij elkaar te sprokkelen. In plaats daarvan kun je een kampvuur bouwen en zul je hierop stukjes vlees en andere lekkernijen koken die je tijdens jouw tocht voorzien van extra leven.
Het is een andere aanpak, maar tekenend voor de richting die Nintendo is opgegaan. Het is nog steeds toegankelijk, maar net even iets anders dan zijn voorgangers. Zo is er ook een hittemeter toegevoegd, die aangeeft of Link het te koud of te warm heeft. Beide opties zorgen ervoor dat je leven langzaam omlaag gaat, dus zorg er altijd voor dat je de juiste kleding aanhebt. De geluidsmeter is van belang wanneer je vijanden sluipend belaagt: maak te veel geluid en ze weten precies waar je vandaag komt.
We besluiten precies dat te doen wanneer we bij het Bokoblin-kamp aankomen. Wat sluipwerk, een aantal dodelijke schoten met de pijl en boog en een paar rake klappen zorgen ervoor dat het trollendorp volledig veilig verklaard kan worden (behalve voor Bokoblins dan). Tijdens het vechten wordt al snel duidelijk dat Link net wat meer moves heeft dan in zijn vorige games. Zo kan onze held ditmaal zijn schild gebruiken om vijandige aanvallen op het laatste moment te weerkaatsen en op deze manier zelfs de wapens uit handen van vijanden te slaan. Ook moet je rekening houden met de staminabalk tijdens het uitvoeren van jouw capriolen op het strijdveld. Je moet de staminabalk overigens niet enkel tijdens de gevechten in de gaten houden, want deze gaat ook hard naar beneden wanneer je aan het zwemmen, rennen of klimmen bent.
Vervolgens lopen we nog wat rond in de prachtige wereld, ontdoen we nog een trollendorp van zijn inwoners, vinden we een schat en komen we terecht bij een dungeon. Die gevuld is met zowel vijanden als puzzels. Dit kleine stukje van de map is al helemaal gevuld met allerlei activiteiten, hoeveel meer heeft Hyrule nog te bieden? Geen idee, maar wij willen meer zien van deze wereld.
Niet in de laatste plaats omdat de wereld er echt fantastisch uitziet. De unieke grafische stijl die Nintendo heeft meegegeven aan Breath of the Wild werkt perfect bij een Zelda-game. De pastelkleuren vliegen je om de oren en de game ziet er uit alsof het met een aantal penseelstreken op het scherm is geschilderd. Ook de lichteffecten zijn uitmuntend op de Wii U, zo reflecteert het licht op prachtige wijze op het rustig kabbelende water. Breath of the Wild is zonder twijfel de mooiste Wii U-game die we ooit hebben gezien.