Firewatch
Firewatch
[gespeeld op pc en PS4]
Vroeg in de ochtend, terwijl de goudgele gloed van de zon langzaam boven de boomtoppen in Shoshone National Forest verschijnt, trek jij er gewapend met je rugzak en walkietalkie op uit om jouw bos te beschermen.
In Firewatch stap je in de schoenen van Henry, een man die als boswachter is aangenomen om tijdens de gortdroge zomer van 1989 alarm te slaan als er ergens in het Shoshone National Forest brand uitbreekt. Echter, je speelt vooral een man die gevlucht is voor zijn thuissituatie en hoopt rust en bezinning te vinden in de eenzaamheid van het bos.
Het is echter minder eenzaam dan gedacht, want dankzij de walkietalkie sta je constant in contact met Delilah, jouw praatgrage baas die een aantal kilometers verderop in haar eigen uitkijktoren zit. Delilah stuurt je er regelmatig op uit om te kijken waar bijvoorbeeld het pluimpje rook in de verte vandaan komt of om je voorraden bij te vullen.
Hoewel Delilah je baas is, ontplooit de relatie al snel tot één die meer is dan enkel werknemer en baas. Op vragen kan op verschillende manieren gereageerd worden en afhankelijk van jouw reactie zal het gesprek zich op een bepaalde manier voortzetten of gewoonweg doodvallen. De interactie tussen Henry en Delilah is het beste wat Firewatch te bieden heeft. Scherpe dialogen en uiterst sterke voice-acting zorgen voor een fantastische dynamiek tussen de twee personages. Het is dan ook jammer dat het verhaal dit hoge niveau niet weet te halen.
Tijdens de wandelingen in deze first-person adventure ontpopt er langzamerhand een mysterie, een dat zich op het eerste gezicht lijkt te ontwikkelen tot een volwaardige bosbrand. Schijn bedriegt helaas: het gaat hier eerder om een smeulend kampvuurtje. We kunnen hier niet te diep op ingaan zonder belangrijke plotelementen uit de doeken te doen, maar dat het verhaal na vier uur speeltijd geen al te diepe indruk heeft gemaakt, is ontzettend jammer.
Gelukkig weet de door ontwikkelaar Campo Santos gecreëerde wereld wel indruk te maken. De cartoony stijl waarin het Shoshone wordt neergezet, is uniek en bovendien uitzonderlijk mooi. Uitmuntend kleurgebruik en dito belichting zorgen ervoor dat je tot rust komt wanneer je geniet van het uitzicht over het uitgestrekte bos. Vrijwel elk moment is een Kodak-moment.
Deze Kodak-momenten worden versterkt door de manier waarop het woud verandert door de dagen heen. Het ene moment loop je tijdens de zonsopkomst door het bos, terwijl je er op de volgende dag midden in de nacht op uittrekt, maar niet alleen het uiterlijk draagt bij tot de pracht en praal van het bos, ook het geluid speelt zijn rol. De geluiden van de natuur, het ritselen van de bladeren en de af en toe ongekende stilte zorgen voor een indrukwekkend schouwspel.
Een schouwspel dat door de opbouw van het bos ietwat wordt ingeperkt. Hoewel het lijkt alsof het park in Wyoming onbegrensde vrijheid kent, word je redelijk vaak gedwongen het gebaande pad te nemen. Gebieden en routes worden afgesloten door rotsen, bosjes en onzichtbare muren. Hierdoor is de initiële ontdekkingsdrift die het bos bij je oproept gauw verdwenen.
Hier komt nog eens bij dat zelfs op de gebaande paden je heel wat problemen tegen kunt komen. Meermaals bleven we steken in bomen of stenen en we moesten op de pc zelfs een keer de laatste save opnieuw laden om verder te kunnen. Ook werkt de controllerondersteuning nog niet helemaal goed; bij het gebruik van de controller kregen we keer op keer te maken met een oncontroleerbare draaiende camera. Toch valt dit in het niets bij de PlayStation 4-versie; we hebben deze versie ook even kort kunnen spelen en hier staken al gauw de framerate-problemen en pop-up de kop op. Het lijkt er op dat Campo Santo hier nog wat brandjes te blussen heeft.
- Prachtig vormgegeven wereld
- IJzersterke personages en dialogen
- Verhaal maakt weinig indruk
- Technische problemen